Samenvatting

Bij zijn tweede vrouw krijgt
hij 4 kinderen: een zoon, Ismaiel, en drie dochters waaronder Goudklokje. Als
beroep leert hij het vak tapijtknopen, maar omdat hij er niet van houdt op één
plek te blijven, wordt hij tapijtreparateur. Soms verdwijnt hij in de bergen en
blijft een paar dagen weg. Niemand weet wat hij daar gaat doen, maar Ismaiel,
die tot taak heeft genomen voor zijn doofstomme vader te zorgen, denkt aan een
andere vrouw.
De kinderen worden groot, de
zoon van de Sjah komt aan de macht en Ismaiel, die dit boek schrijft, gaat naar
de stad om te studeren. Daar komt hij in aanraking met de linkse ondergrondse
beweging en wordt een actief lid. Intussen nemen de Imams de regering over,
wat, zoals al snel blijkt, geen politieke vrijheid geeft voor de Ondergrondse
beweging.
Als het zo uitkomt betrekt
Ismaiel ook zijn vader in de geheime acties: hij verbergt een ontsnapte
politieke gevangene in zijn ouderlijk huis. Hierdoor komt Goudklokje in
aanraking met hun overtuigingen en gaat ook bij de Ondergrondse.
Eenmaal weet Ismaiel nog tijd
te maken voor zijn vader om een berg te beklimmen, waarin blijkt dat zijn oude
vader toch best nog een taaie man is.
Wanneer het uiteindelijk voor
Ismaiel mis dreigt te gaan, vlucht hij en komt hij na omzwervingen in Nederland
te wonen.
Als Goudklokje gevangen wordt
gezet, bezoeken haar ouders haar iedere week, maar op een dag is ze
verdwenen... Verhalen doen de ronde dat er 3 gevangenen zijn ontsnapt en de
bergen in zijn gevlucht. In de hoop dat één ervan zijn dochter is, klimt ook
Aga Akbar, inmiddels op hoge leeftijd en met slechte gezondheid, haar achterna
om haar te helpen. In de lente wordt zijn stoffelijk overschot gevonden op de
berg. Wat er van Goudklokje is geworden zal niemand ooit weten...
(Bron: http://www.hotel-boekenlust.nl/bibliotheek/548-Kader-Abdolah-Spijkerschrift.html)
Mening
'Spijkerschrift' vind ik een
mooi boek, maar de vorige boeken die ik heb gelezen vind ik mooier. Het eerste
stuk was moeilijk te volgen en vind ik daarom niet zo mooi. Het tweede en derde gedeelte
van het boek vind ik daarentegen wel heel erg mooi.
Kader Abdolah schrijft met
korte zinnen en in duidelijk Nederlands, waardoor het boek goed te volgen is.
Een nadeel is alleen dat er ook Perzische woorden in zijn boek voorkomen. Deze
woorden worden achterin het boek uitgelegd, maar het is wel vervelend om ze
steeds op te zoeken. Ik had het fijner gevonden als de woorden gewoon op de
pagina zelf uitgelegd zouden worden.
Ik vind het vooral heel erg
leuk dat Abdolah in zijn boek verwijst naar gedichten, geschiedenis en verhalen
zoals de Max Havelaar. Hij heeft dit op een leuke manier gedaan, waardoor het helemaal niet vervelend wordt om te lezen. Ook verwijst hij in zijn boek terug naar citaten die hij
eerder heeft geschreven. Dit vind ik persoonlijk erg leuk om te lezen.
Ook de samenhang tussen het
begin en het einde van het boek vind ik erg mooi. Het begin en het einde van het boek lijken namelijk heel erg op elkaar. Hierdoor is het boek op een mooie manier afgesloten. Maar je blijft wel met vragen zitten waardoor
het jammer is dat het boek uit is.
Ik vond 'Spijkerschrift'
minder mooi dan 'Magnus' en 'Dit zijn de namen', maar ik vond hem mooier dan
'Het Diner', 'Het duister dat ons scheidt' en 'Isabelle'. Daarom komt
'Spijkerschrift' op de derde plaats te staan. Mijn top 5 wordt dus:
- Magnus
- Dit zijn de namen
- Spijkerschrift
- Het Diner
- Het duister dat ons scheidt
Argumentatieopdracht
Spijkerschrift is een prachtig boek!
- De schrijver gebruikt korte en duidelijke zinnen, hierdoor is het boek makkelijk te lezen en te volgen.
- Hij verwijst in zijn boek naar bijvoorbeeld Max Havelaar (blz 121-123), soera’s uit de Koran en gedichten. Hierdoor blijft het boek leuk en verrassend om te lezen. Ook wordt er in het boek verwezen naar eerder genoemde citaten, dit is ook erg leuk om te lezen.
o
Blz 176-179: Ismaiel verteld een verhaal aan zijn vader over een papegaai die dood neervalt. Daarna gebeurt in het normale verhaal ongeveer hetzelfde als in dit korte verhaaltje.
o
Blz 86/87:
gedicht van de Nederlandse dichter P.N. van Eyck
Blz 87: ‘’Een ontroerend gedicht. Een
ontroerend verhaal. Ontroerd reed Aga
Akbar met zijn oom ...” Dit is de
overgang van het gedicht naar het vervolg
van het verhaal. Op blz 89 wordt weer
naar dit gedicht verwezen: ‘’Hier ligt
de tuinman begraven, de man die ooit
even ontsnapte aan de Dood.’’
- Goede verhaallijn. Het verhaal zit goed in elkaar en er zitten veel open plekken in waardoor het verhaal leuk is om te lezen. Ook de opbouw van het verhaal is goed.
- Meeslepend verhaal. Vooral het einde van het boek is erg meeslepend, omdat er veel open plekken in zitten en je daarom heel graag wil weten hoe het afloopt.
- Het is moeilijk om in het verhaal te komen, dit komt onder andere door de manier van schrijven en vertellen, maar de rest van het boek maakt dit helemaal goed. In het eerste gedeelte krijg je wel veel achtergrond informatie waardoor de rest van het boek beter te begrijpen is.
- Je krijgt tijdens het lezen een beter idee van de geschiedenis en cultuur van Iran. Hij vertelt ook gebeurtenissen uit de geschiedenis van andere landen.
o
Zo wordt
bijvoorbeeld ook het verschil tussen de kennis van de oudere en de jongere
mensen in het land duidelijk gemaakt. En in het begin ook het verschil van het
leven van de mensen in de stad en de mensen in de kleine bergdorpjes.
o
Dit heeft Kader
Abdolah op een heel subtiele manier gedaan. Hierdoor krijg je toch veel
geschiedenis te lezen, zonder dat je het idee hebt dat je een geschiedenisboek
aan het lezen bent.
o
Blz 162: “Hij was
de eerste Perzische koning over wie er een verhaal in spijkerschrift in de grot
van de Saffraanberg gebeiteld is: Ik heet Cyrus. Ik ben de koning der
koningen.”
o
Blz 253: hier
wordt kort iets verteld over Cuba, Castro en Che Guevara.
o
Blz 153: 'Enkele
minuten later landde de Apollo voor het eerst op de maan en toen zette de mens
voor het eerst zijn voet op de maanbodem. Ik schakelde het apparaat uit. De
maan verdween.'
o
Blz 350: 'Zo
gingen de maanden voorbij. En de jaren. De Berlijnse muur viel. Ismaiel kwam in
Nederland terecht. Hij kreeg een huis in de polder. Een plek waar hij kon
zitten en een raam van waaruit hij naar zijn verleden kon kijken.'
o
Blz 84/85: 'Tijdens de tweede wereldoorlog moest Reza Khan het land verlaten. Een
beslissing die door de geallieerden is genomen. Hij had geen keuze, hij werd
naar Caïro gestuurd en daar stierf hij. Diezelfde westerse regeringen hielpen
zijn zoon (later bekend als sjah van Perzië) op de troon.'
o
Blz 159: op deze bladzijde wordt verteld over
Mossadeq en Churchill.
o
Blz 201: Ismaiel
probeert aan zijn vader uit te leggen dat de aarde om de zon draait. Dit laat goed het verschil zien tussen de kennis van de oudere en de jongere generatie.
- In het boek staan meerdere woorden in het Perzisch, maar deze woorden worden achterin het boek uitgelegd. Hierdoor is het verhaal, ondanks deze Perzische woorden, makkelijk te volgen. Voorbeelden hiervan zijn: chador (sluier), gorma (dadel) en oessa (vakkundig).
- Op sommige plekken worden Nederland en het verhaal op een mooie manier samengevoegd. Hierdoor kom je weer een beetje uit het verhaal en realiseer je je weer dat het boek eigenlijk een vertaling is van het spijkerschrift van Aga Akbar.
o
Blz 211: 'Prins
Willem-Alexander zei het niet in het interview, maar ik zag dat hij duidelijk
last had van de zware schaduw van zijn moeder. Ikzelf heb last van de zware
schaduw van mijn vader. De prins vergiste zich toen hij dacht dat hij uit de
schaduw was gekomen. Je kunt nooit uit de schaduw van zulke mensen komen, zelfs
niet als ze doodgaan. Het wordt juist erger als ze doodgaan, ze keren sterker
dan ooit in je leven terug.' Dit stuk verwijst op een mooie manier naar
Nederland. En het laat ook mooi de relatie tussen Ismaiel en zijn vader zien.
o
Blz 140:
In Iran: 'Neuriënd stak ik mijn hand naar
haar en uit en terwijl ik alsmaar bleef neuriën, zag ik dat het licht van de
wolvenogen doofde. Ik neuriede en ik zag dat Tines hand in het donker naar mijn
hand zocht. Kom Tine, kom! fluisterde ik. We gaan iets eten. Ze kwam met moeite
overeind en liep naar de woonkamer.'
In Nederland: 'ik kijk door het raam naar
buiten, ik zie dat de wolf door de Hollandse polder naar de dijk holt. Laat hem
gaan, laat hem verdwijnen, verdwalen op de nieuwe grond, zodat hij de weg naar
Tine niet meer terug kan vinden.'
- Het boek heeft een prachtige afsluiting, want het begin en het einde van het boek lijken erg op elkaar. Niet alleen de inhoud maar ook de naam. Het boek is namelijk opgedeeld in drie boeken, waarvan de eerste en de derde allebei ‘Spelonk’ heten
- Aan het begin van elk hoofdstuk staat in een paar korte duidelijk zinnen beschreven waar het hoofdstuk over gaat. Dit heb ik nog nooit eerder gezien bij een boek maar ik vond het wel erg leuk. Door deze zinnen ben je namelijk erg benieuwd wat er precies in het hoofdstuk gaat gebeurden en wil je dus graag verder lezen. o Blz 163: 'De sjah heeft een zoon gekregen. Er valt een dode papegaai uit de boom. Beide gebeurtenissen brengen verandering in de loop van het verhaal.'
- En natuurlijk zitten er ook mooie stukken in die niet bij het bovenstaande horen, maar wel genoemd moeten worden.
o
Blz 283: 'De oude
tandarts was weg, dood, de duivel zat achter zijn oogkassen.'
o
Blz 269-270: 'gelukkig weet ik dat aan alles een einde komt. (Volgende blz:) Khomeini is
inmiddels weg, dood, alsof hij nooit bestaan heeft.'Ik weet niet of het bedoeld
of onbedoeld is maar deze verschillende bladzijden sluiten heel mooi op elkaar
aan.
o
Blz 54:’’alle
vogels waren al met hun nesten begonnen, behalve Aga Akbar. Voor hem was er
geen liefde geen vrouw.’’ Dit lijk erg op een oud Nederlandse zin: Hebban olla
vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu, wat unbidan we nu? Dit betekent:
'Alle vogels zijn al aan het nestelen, behalve
jij en ik; waar wachten we nog op?'
o
Blz 76: 'Dat was
het geheim. Het ging niet alleen om sterke benen en intelligentie, je moest er
ook behoefte aan hebben, je moest zover zijn dat je afstand van het leven nam,
dat je het leven achter je liet, dat je het niet meer nodig had. Pas dan
bereikte je de put.'
o
Blz 369: 'niemand
durfde te huilen. Niemand durfde iets te zeggen. De nacht had Akbar en
Goudklokje verborgen. [...] zijn grijze haar lichtte als gewassen zilver op in
de pasgevallen sneeuw.'
o
Blz 269 onderaan:
mooie tegenstelling (langzaam - snel)
o
Blz 116/117: "Beschadigd? Nee, niet echt, maar iedere keer als Ismaiel ziek werd, als hij het
druk had, als hij de moed verloor, iedere keer als hij viel en een poging deed
om overeind te komen, schreeuwde er iemand in zijn oor. Zijn vader. Hij was
altijd in hem aanwezig."
o
Mooie bladzijdes:
36/37, 72/73, 270/271, 278/279